Granietschildmos (Xanthoparmelia conspersa)
Granietschildmos
groeit op zuur (d.w.z. kalkarm), kiezelhoudend gesteente (vooral
graniet en gneis), en heeft
een voorkeur voor zonnige groeiplaatsen (13). In een enkel geval is het
ook op plantaardig afval aangetroffen
(12). Dit korstmos komt voor in de gematigde zone van Azië, Europa,
Afrika, Noord en Zuid Amerika (13), maar ontbreekt in Australazië en
Zuid Afrika (6). Het thallus van granietschildmos kan vast of tamelijk
los aan het substraat gehecht zijn en 4 tot 15 cm groot worden.
Het
is voorzien van talrijke smalle lobben (1 tot 3 mm breed)
die elkaar dikwijls overlappen. De kleur is grijsgroen of
geelgroen, en het oppervlak is glad en glanzend. Aan de bovenkant van
het thallus
zijn vaak isidiën aanwezig die cilindervormig en al dan niet vertakt kunnen zijn (10,12,13). Pycnidiën zijn er dikwijls ook (deze zijn in het thallus ingebed), maar soralen ontbreken en apotheciën zijn zeldzaam (12).De onderkant van het thallus is grotendeels zwart en aan de randen bruin. De rhizinen van granietschildmos zijn zwart, 0,5-1 mm lang en onvertakt (12,13). De fotobiont in granietschildmos is de alg Trebouxia gigantea (11). De thalli van dit korstmos bevatten antioxidanten (1,7,9) zoals
stictisch zuur, norstictisch zuur, atrarisch zuur en usninezuur
(1,8,11), en ook verbindingen die bacteriegroei onderdrukken (7).
Atrarisch zuur en usninezuur hebben in laboratoriumexperimenten een
chemopreventieve werking, en kunnen dus mogelijk worden ingezet om te
verhinderen dat personen met een hoog risico kanker krijgen of dat
kanker na een ingreep terugkomt (9). De
groeisnelheid en groeivorm van het thallus van granietschildmos waren
het onderwerp van een langdurig onderzoek in Engeland (2,3,4,5).
Naam
De genusnaam Xanthoparmelia betekent: “lichte Parmelia” (het Griekse woord xanthos betekent "blond", "geel" of "lichtbruin"). Parmelia is misschien afgeleid van het Latijnse woord voor “schildje” (parma). De soortnaam conspersa is afgeleid van het Latijnse bijvoeglijk naamwoord conspersus of consparsus, dat "gesprenkeld", "verspreid" of "uitgestrooid" betekent. In het verleden werd granietschildmos in andere geslachten ingedeeld: Imbricaria, Lobaria en Parmelia. Parmelia conspersa is dus een synoniem van Xanthoparmelia conspersa (3,13).
Waar gevonden
Tijdens
wandelingen in Drenthe hebben we granietschildmos op twee
hunebedden langs de weg aangetroffen (hunebed D2 bij Westervelde en hunebed D11
bij Anloo). Ook in Belarus groeit granietschildmos vooral op zwerfstenen (12).
Literatuur
1.
Amo de Paz G, Raggio J, Gómez-Serranilos MP, Palomino OM,
González-Burgos E, Carretero ME, Crespo A (2010) HPLC isolation of
antioxidant constituents from Xanthoparmelia spp. J Pharm Biomed Anal 53:165-171.
2. Armstrong RA (2003) Lobe connections and lobe crowding are associated with growth rate in the lichen Xanthoparmelia conspersa. Symbiosis 34:133-143.
3. Armstrong RA (2009) Monthly fluctuations in radial growth of individual lobes of the lichen Parmelia conspersa (Erhr. ex Ach.) Ach. Symbiosis 47:9-15.
4. Armstrong RA (2010) Lobe formation and division in the foliose lichen Xanthoparmelia conspersa. Symbiosis 51:227-232.
5. Armstrong RA, Bradwell T (2011) Growth of foliose lichens: A review. Symbiosis 53:1-16.
6. Giordani P, Nicora P, Rellini I, Brunialti G, Elix JA (2002) The lichen genus Xanthoparmelia (Ascomycotina, Parmeliaceae) in Italy. Lichenologist 34:189-198.
7. Karaahmet Z, Kinalioglu K, Aydin S (2019) Antioxidant and Antibacterial Potencies of Xanthoparmelia conspersa (Ehrh. ex Ach.)
Hale and Dermatocarpon miniatum (L.) W. Mann. Lichens from Black Sea
Region in Turkey. Gumushane University Journal of Science Institute
9:415-424
8. Laska G, Kiercul S (2014) Pharmacological activity of secondary metabolites isolated from Xanthoparmelia conspersa (Ehrh. ex Ach.) Hale lichen. Planta Med 80:PS4.
9. Laska G, Kiercul S, Stocki M, Bajguz A, Pasco D (2015) Cancer-chemopreventive actvity of secondary metabolites isolated from Xanthoparmelia conspersa lichen. Planta Med 81:PM_59.
10. Silverside AJ (2013) Xanthoparmelia conspersa (Ehrh. ex Ach.) Hale. Document op lastdragon.org.
11.
Solhaug KA, Gauslaa Y (2001) Acetone rinsing - A method for testing
ecological and physiological roles of secondary compounds in living
lichens. Symbiosis 30:301-315.
12. Tsurykau A, Golubkov V, Bely P (2018) The lichen genus Xanthoparmelia (Parmeliaceae) in Belarus. Folia Cryptog Estonica 55:125-132.
13. Xanthoparmelia conspersa. Document op en.wikipedia.org.
Terug naar de soortenlijst