Rode kelkzwam s.l. (Sarcoscypha coccinea s.l.)
De
rode kelkzwam is een scharlakenrode Ascomyceet die
groeit op gevallen takken en versplinterd hout van allerlei
boomsoorten, zoals wilg, hazelaar, beuk, iep, els en meidoorn (2,7,13).
De vruchtlichamen zijn beker- of schotelvormig en met een steel gehecht
aan het substraat. Ze
groeien langzaam en hebben een lange levensduur. Volgens een Brits
onderzoek hadden ze vijf maanden nodig (van november
tot april) om van 3 tot 20 mm te groeien (2), maar dat was tijdens
een strenge winter. De buitenzijde is bleker van kleur dan de
binnenkant (waar de sporen worden gevormd) en donzig behaard.
Kelkzwammen kunnen 7 centimeter groot worden, maar blijven dikwijls
kleiner. De paddenstoel komt over vrijwel de gehele wereld voor (9).
Naam
De genusnaam Sarcoscypha is van twee Griekse woorden afgeleid, het woord sarx dat "vlees" en het woord kuphos dat "beker" betekent. De soortnaam coccinea betekent "scharlakenrood". Geopyxis
coccinea, Peziza insolita, Peziza cyathoides, Peziza coccinea, Peziza
epidendra, Peziza aurantia, Macroscyphus coccineus, Geopyxis insolita,
Helvella coccinea, Geopyxis bloxamii, en Aleuria insolita zijn synoniemen van Sarcoscypha coccinea (10).
De krulhaarkelkzwam (Sarcoscypha austriaca)
lijkt als twee druppels
water op de rode kelkzwam en is daarvan alleen op grond van
microscopische kenmerken te onderscheiden (3). Het gaat daarbij vooral
om
de vorm van de haren aan de buitenzijde van de vruchtlichamen (tamelijk
recht in het geval van de rode kelkzwam, bij de krulhaarkelkzwam
spoelvormig opgewonden, waaraan de paddenstoel zijn naam ontleent). Ook
hebben sommige sporen van de krulhaarkelkzwam knopvormige
uitstulpingen of afgeronde uiteinden, terwijl zulke uitstulpingen of
uiteinden bij de rode kelkzwam ontbreken, daar hebben alle sporen
dezelfde ellipsvorm (5,6,8,10). Volgens mycologen is wat
vroeger als Sarcoscypha coccinea werd aangeduid een aggregaat van vijf verschillende soorten: S.coccinea s.s., S.jurana, S.austriaca, S.macaronesica en S.dudleyi (1). Zowel van S.jurana als van S.coccinea is er bovendien nog een witte vorm bekend (4,12).
Eetbaarheid/nut
Volgens
sommigen is de rode
kelkzwam eetbaar, volgens anderen
enigszins giftig (10). In ieder geval zijn de vruchtlichamen volstrekt
smakeloos en geurloos (11), dus kan men ze beter laten staan. Kleine
knaagdiertjes en naaktslakken eten de paddenstoel wel (13).
De opvallende kleur van kelkzwammen is te wijten aan de aanwezigheid
van carotenoïden, waaronder ß-caroteen (een kleurstof die ook aanwezig
is in worteltjes). De Canadese mycoloog Arthur Henry Reginald Buller
meende dat deze stoffen ervoor zorgen dat de
warmte van de zon beter wordt geabsorbeerd, wat de ontwikkeling
van de sporen zou bevorderen (5,9). Enkele Indianenstammen schreven aan
de
paddenstoel geneeskrachtige eigenschappen toe. Ze vermaalden hem tot
poeder en brachten dit aan op de navel van pasgeboren
kinderen, als bloedstelpend middel (5,9).
Waar gevonden
We
zien een behoorlijk aantal vruchtlichamen van de rode kelkzwam
al jarenlang terugkeren op versplinterd en verpletterd
hout
van een omgewaaide wilg, aan de zuidwestrand van het Smitpark. Ook in
het noordelijk deel van het terrein van de gasopslag bij Grijpskerk
(Gr.) hebben we de paddenstoel dikwijls gezien..
Literatuur
1. Baral HO (1984) Taxonomische und ökologische Studien über Sarcoscypha coccinea agg., Zinnoberrote Kelchbecherlinge (Kurzfassung). Z Mykol 50:117-145.
2. Brown RP (1980) Observations on Sarcoscypha coccinea and Disciotis venosa in North Wales during 1978-1979. Bull Br mycol Soc 14:130-135.
3. Hanssens C. Krulhaarkelkzwam - Rode kelkzwam. Sarcoscypha austriaca - Sarcoscypha coccinea. Document op mycologia.be.
4. Leclerque A, Fraiture A (2001) Une forme blanche de Sarcoscypha jurana. Revue du Cercle de Mycologie de Bruxelles 1:15-22.
5. Morgan G (2011) Scarlet Elf Cup. Herefordshire Fungus Survey Group News Sheet No.21, Spring:8.
6. Öpik M, Kullman B, Kollom A (2000) Sarcoscypha austriaca (Pezizales) in Estonia. Folia Cryptog Estonica 36:107-112.
7. Pidlich-Aigner H (1999) Sarcoscypha austriaca (Beck ex Sacc.) Boud. und S.coccinea
(Scop.:Fr.) Lamb. (Sarcoscyphaceae) in der Steiermark. Untersuchungen
zur Verbreitung, Ökologie und Unterschiedung der beiden Arten. Joannea
Bot 1:5-26.
8. Rosinski MA (1953) Two types of spore germination in Sarcoscypha coccinea (Scop. ex Fr.) Lambotte. Mycologia 45:302-306.
9. Sarcoscypha coccinea. Document op en.wikipedia.org.
10. Sarcoscypha coccinea (Jacq.) Sacc. - Ruby Elfcup. Document op first-nature.com.
11. Scharlachroter Kelchbecherling. Document op de.wikipedia.org.
12.
Van Duuren Y, Van Duuren G (2005) Witte rode kelkzwammen en op
excursie met Hans-Otto Baral. Coolia 48 (3): 169–70.
13. Woodland Trust (2010) Scarlet elf cup Sarcoscypha coccinea. Document op naturescalendar.org.uk.
Terug naar de soortenlijst