Waaierbuisjeszwam (Polyporus varius)
De
waaierbuisjeszwam is een paddenstoel die als saprotroof groeit op dood
hout (stobben, stammen of takken met of zonder schors), vooral van
beuken (5), wilgen (8) en populieren (7), soms ook van naaldbomen
(1,3). De zwam veroorzaakt witrot, door vooral
de lignine uit het hout af te breken. De vruchtlichamen bestaan
(normaliter) uit een 3 tot 10 cm brede hoed en een steel. De hoed is in
het midden vaak ingedeukt en krijgt dan de aanblik van een trechter.
Het hoedoppervlak is mat, kaal, en grijsgeel tot roodachtig
okergeel van kleur. De poriën aan de onderzijde zijn aanvankelijk wit,
maar verkleuren later via gebroken wit naar grijsbruin of geelbruin. De
poriën zijn klein en tot ver op de steel te vinden. Die steel kan
centraal maar ook zijdelings geplaatst zijn. Vooral bij een zijdelingse
plaatsing neemt de paddenstoel de vorm aan van een waaier. In zeldzame
gevallen kan de steel ook geheel ontbreken. Het steeloppervlak
heeft dezelfde tinten als de poriënlaag maar is meestal wat donkerder.
Bij de basis is de steel zwart. De grootte van dit zwarte
gedeelte kan variëren. Behalve de gebruikelijke basidiosporen in
de vruchtlichamen kan het mycelium van de paddenstoel ook conidiën
(ongeslachtelijke sporen) vormen. Hoe dit precies gebeurt is in een
Engels artikel beschreven (4). In kweek-experimenten is de competitie
tussen de mycelia
van de waaierbuisjeszwam en van paddenstoel-aantastende schimmels
onderzocht (2).
Naam
De genusnaam Polyporus betekent "met vele poriën", de soortnaam varius "veranderlijk". Polyporus leptocephalus is een synoniem van Polyporus varius (5).
Eetbaarheid/nut
Waaierbuisjeszwammen
zijn buitengewoon taai van structuur en voor de mens daarom niet eetbaar (6). De paddenstoel fungeert als
voedselbron voor bepaalde kevers, maar het aantal soorten (en exemplaren) dat op de waaierbuisjeszwam leeft is
aanzienlijk kleiner dan het aantal kevergasten op de zadelzwam (9,10).
Waar gevonden
We
hebben waaierbuisjeszwammen aangetroffen op dode stobben in een
houtsingel rond een sportveld, ten zuiden van een wandelpad dat vanaf
de Heemskerkstraat in westelijke richting loopt.
Literatuur
1. Allison
SD, LeBauer DS, Ofrecio MR, Reyes R, Anh-Minh T, Tran TM (2009) Low
levels of nitrogen addition stimulate decomposition by boreal forest
fungi. Soil Biology & Biochemistry 41:293–302.
2.
Badalyani SM, Innocenti G, Garibyan NG (2004) Interactions between
xylotrophic mushrooms and mycoparasitic fungi in dual-culture
experiments. Phytopathol Mediterr 43:44–48.
3. Emberger G. Polyporus varius. Webdocument op www.messiah.edu/oakes/fungi_on_wood.
4. Ingold CT (1991) Conidia of Polyporus varius. Mycol Res 95:246-248.
5. Krüger M u.Ä. Löwengelber Stielporling. Webdocument op de.wikipedia.org.
6. Kuo M (2004) Polyporus varius. Webdocument op www.mushroomexpert.com.
7. Markkanen A, Halme P (2012) Polypore communities in broadleaved boreal forests. Silva Fennica 46:317-331.
8. Roberts P (2004) Where to look for interesting fungi: Willows and sallows. Field Mycology 5:60-63.
9. Schigel DS (2011) Polypore-beetle associations in Finland. Ann Zool Fennici 48:319-348.
10.
Schigel DS, Niemelä T, Kinnunen J (2006) Polypores of western Finnish
Lapland and seasonal dynamics of polypore beetles. Karstenia 46:37-64.
Terug naar de soortenlijst